Op mijn netvlies gebrand
Ik zie haar nog lopen voor de rouwwagen uit; de enige dochter, met de trouwe kameraad (hond) van vader aan de riem. Zij wilde dit persé. Respect!
Ik zie hem nog breken; de zoon, die binnen drie weken afscheid moet nemen van zijn beide ouders. De handjes, die zijn dochtertje liefdevol om haar vader slaat, vergeet ik nooit meer.
Ik zie hem nog liggen; de overleden echtgenoot/vader/opa in de huiskamer voor het raam, zodat zijn familie en vrienden van buitenaf toch afscheid van hem kunnen nemen.
Ik zie ze nog staan; al die mensen langs de weg, die de overledene met een laatste groet en applaus uitzwaaien.
Ik zie het nog gebeuren; de overleden echtgenoot, die al enkele jaren in een verzorgingshuis woonde, en nu toch de laatste dagen voor het afscheid weer ‘thuis’ komt.
Ik hoor het steeds; mijn telefoon gaat over, het zal toch niet…. Jawel, weer een overlijden. Wat is dit toch een bizarre periode.
Ik loop over het kerkhof; zie de grafdelver meerdere graven openen, zo bizar.
De zon en de bloemen op de verse graven verzachten enigszins dit gevoel.
Ik zie het nog gebeuren; de families, die enerzijds zijn lamgeslagen door alle regels en anderzijds steeds weer de veerkracht vinden om een mooi afscheid te regelen.
Ik hoor het ze nog zeggen; al had heel de kerk (of de aula) vol met mensen gezeten, dan had ik het afscheid niet anders willen doen.
Ik begrijp het soms niet; waar haal ik steeds weer de energie vandaan, waarom ben ik niet helemaal opgebrand.
Ik weet het nu zeker; het is de veerkracht, die ons allen zal helpen om deze coronatijd door te komen en straks het leven weer op te kunnen pakken. Een veerkracht, die ook mij zeker heeft geholpen om in deze bijzonder drukke/emotionele tijd de vele families bij te kunnen staan. Natuurlijk zal, ook ik, heel blij zijn als die veer straks wat minder onder spanning komt te staan en wat rust kan krijgen.